Skip to main content

Laadpalen en de gemeente. Of hoe blijf je van de zwarte lijst van Tesla?

5
okt 2016

‘Ik had bijna een Tesla gekocht.’
Jeroen en ik zitten klaar voor onze maandelijkse pubquiz in de Wesopa in Weesp.
‘Bijna is niet helemaal’, zeg ik en neem een slok van mijn Leffe Blond.
‘Ik was bij de Tesla store in Amsterdam Zuidoost’, gaat Jeroen verder.
‘Je bent écht gaan kijken voor een Tesla.’ Van verbazing zet ik mijn glas net iets harder neer dan normaal.
‘Ja man, ik wil zo’n ding. En als ik ‘m op de zaak zet, vallen die kosten best mee.’
‘Waar ging het dan mis?’
‘Weet je wat de verkoper zei, toen ik vertelde dat ik in Weesp woon?’
‘Nou?’
‘We raden u af om als inwoner van Weesp een elektrische auto te kopen.’
‘Serieus? Waarom?’
‘Te weinig laadpalen.’

Waarom zou een gemeente elektrisch rijden moeten stimuleren?

De belangrijkste redenen voor een gemeente om met elektrisch rijden aan de slag te gaan, zijn gezondheid, milieu en de groeiende vraag naar laadpalen van inwoners. De luchtkwaliteit in veel Nederlandse steden is onder de maat. Elektrisch rijden vermindert de hoeveelheid fijnstof ter plekke en kan ook een positieve bijdrage leveren aan een verlaging van CO2-emissies en geluidsoverlast van verkeer. Goed voor de gezondheid en het milieu dus. Daarnaast vragen inwoners en bezoekers om laadpalen. Aan die vraag kan de gemeente voldoen. Vanaf 2017 worden die openbare laadpalen nog belangrijker. Per 1 januari 2017 wordt de belasting op elektriciteit voor openbare laadpalen namelijk gehalveerd. De belastingverlaging moet de overstap naar elektrisch rijden stimuleren. Vanaf 2017 is de belasting 4,996 cent per kWh in plaats van 10,007 cent.

Hoe kan een gemeente elektrisch rijden stimuleren?

Om te beginnen door zelf elektrisch te gaan rijden. Van dienstauto’s tot de scooters van de stadsbeheer. Ze kunnen allemaal elektrisch rijden. Subsidies verstrekken kan natuurlijk ook. Bijvoorbeeld op de aanschaf van een elektrische scooter of auto. Verschillende gemeentes in Nederland doen of deden dat. En dan hebben we nog de laadvoorzieningen. Daar ligt de belangrijkste rol van de gemeente als het gaat om elektrisch rijden. Zonder laadpunt geen elektrisch rijden. En omdat niet iedereen een eigen oprit of garage heeft waar hij zijn eigen laadpunt kan aanleggen, hebben we laadpunten in de publieke ruimte nodig. Laadpunten in de publieke ruimte maken de overstap naar elektrisch rijden aantrekkelijker. Ze zorgen ook voor grotere zichtbaarheid van elektrisch vervoer. En dat stimuleert dan weer anderen om de overstap te maken.

De gemeente en laadpalen. Hoe zit dat?

Als je als gemeente iets wilt met elektrisch rijden dan zul je moeten nadenken over je laadpalenbeleid. De volgende zes stappen kunnen je daarbij helpen. Ze komen van het Kennisloket Laadinfrastructuur voor Gemeenten (NKL):

  • Stap 1: bepaal de rol van de gemeente voor het laden in de openbare ruimte. Wordt het reageren, faciliteren, stimuleren of inperken?
  • Stap 2: bepaal de budgetruimte van de gemeente. Als in stap 1 kiest voor de optie reageren of inperken, dan is de budgetruimte vermoedelijk nul. Kies je voor faciliteren of stimuleren dan hoort daar ook budget bij.
  • Stap 3: bepaal welke laadoplossingen de gemeente passend vindt. Ook hier heb je verschillende opties: parkeren op straat en laadpunt op eigen terrein. Dat betekent in veel gevallen een kabel over de stoep. Of parkeren op straat en een privaat laadpunt op de stoep, maar dan moet die bewoner wel altijd bij zijn laadpunt kunnen. Een publiek toegankelijk laadpunt op privaat terrein kan ook. Bijvoorbeeld op bedrijventerreinen of in parkeergarages. Of een publiek toegankelijk laadpunt in de openbare ruimte. Welke opties passen bij jouw gemeente?
  • Stap 4: kies een samenwerkingsmodel voor plaatsing en exploitatie van laadoplossingen in de openbare ruimte. Het vergunningenmodelconcessiemodel en opdrachtenmodel zijn samenwerkingsmodellen tussen gemeente en exploitanten voor het plaatsen en exploiteren van laadpalen in de openbare ruimte.
  • Stap 5: beschrijf hoe de gemeente laadpalen wil realiseren. Eigenlijk is dit de procesbeschrijving beginnend bij een aanvraag die binnenkomt en eindigend bij het beheer van de laadoplossing.
  • Stap 6: stel kaders op voor de laadoplossingen. Het gaat hierbij om keuzes bijvoorbeeld ten aanzien van locaties van de laadoplossingen, veiligheid, toegankelijkheid, esthetische eisen.

Maar ik las net dat de verkoop van elektrische auto’s daalt

Dat is dus niet zo. De Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) houdt de ontwikkeling van elektrisch vervoer in Nederland bij. Eind 2011 reden er in Nederland 1.658 elektrische voertuigen, drie jaar later waren het er 46.111. Nu rijden er maar liefst 98.141 elektrische voertuigen rond. Onderstaande figuur laat deze groei zien. Het blauwe vlak zijn de plug-in hybrides en het oranje vlak zijn de volledig elektrische auto’s.

Groeicurve elektrische auto's bij blog over laadpalenStaatssecretaris Wiebes heeft met zijn Autobrief II de fiscale voordelen van de plug-in hybride versoberd. Dat is terug te zien in de verkoopcijfers. Experts verwachten eind 2017 en met name in 2018 weer een toename.

En elektrische fietsen en scooters dan, die hebben toch ook laadpalen nodig?

Eerlijk gezegd zou ik me daar als gemeente niet zo druk over maken. Weliswaar hebben ook e-bikes en e-scooters af en toe een stopcontact nodig. Veel e-bikes hebben een afneembare accu die dus binnen opgeladen kan worden. Een laadpunt is dan niet nodig. Een inwoner met een e-bike of e-scooter kan haar voertuig thuis laden en zal weinig gebruik maken van een laadpunt in de openbare ruimte. Voor toeristen die de gemeente op een e-bike aandoen, kan een laadpunt wél interessant zijn. Steeds meer horecagelegenheden bieden dit. Een oplaadpunt in de publieke ruimte kan een welkome aanvulling zijn. De gemeente zou horecagelegenheden kunnen stimuleren om een laadpaal te plaatsen of om binnen een stopcontact te bieden (duidelijk zichtbaar).

En nu?

Als je dat nog niet gedaan hebt, ga dan snel aan de slag met de 6 stappen van hierboven. De gemeente Weesp heeft dat ook gedaan. Wij hielpen ze daarbij. En Jeroen kan binnenkort zijn Tesla kopen.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *